Het moest één van de hoogtepunten worden van onze reis, en dat werd het ook!
Vorig jaar had ik al een prachtige tijd gehad in de eerste hoofdstad van Japan. Geweldige mensen ontmoet. Genoten van de herten in Nara Park, met de gedachte: “Hier moest mijn zoon eens kunnen lopen!” (Da’s nogal een dierenfanaat).
Ik keerde dan ook met veel plezier terug, met gezin deze keer. Ik had mijn gidsen van vorig jaar opnieuw gecontacteerd in de hoop hen te kunnen trakteren om hen nog maar eens te bedanken voor vorig jaar… maar dat werd weer ietsjes straffer ;-)
Mevrouw Akagi (van het verhaal van de 3 buurvrouwen) wilde ons maar wat graag terugzien en dus werden we uitgenodigd voor de lunch.
En Yoshi die leidde ons met plezier rond in het stadscentrum en bij de grote Daibutsu. Hij trakteerde ons op rijstkoekjes en leerde ons okonomiyaki eten. Overheerlijk! Is een soort omelet van noedels met groenten en vlees. Aanrader!! Bovendien konden we dankzij hem ook nog eens terug op bezoek bij de sumi-fabriek en de Fude-maakster. Blij dat de kids ook eens met die ambachten hebben kennis gemaakt.
Campertips:
Nara was makkelijker om met de campervan te bezoeken. Het is dan wel een stad, ze is minder dicht bevolkt dan Kyoto. Er zijn dan ook meer parkings. Best wel de parkings nabij de Daibutsu vermijden (peperduur!). Elke gids zal je daar naartoe sturen omdat die parkings voorzien zijn voor bussen en ja, voor een Japanner is een RV echt wel een “huge car!”. Sommige betaalparkings zijn ook echt niet toegankelijk omwille van de overkapping bij de ingang maar achter het station van Nara zijn er een aantal. Van daar is het 20 min wandelen tot bij de Daibutsu.
Reis je met de RV naar Nara, ga dan zeker ook eens langs het oude keizerlijke paleis. Heel indrukwekkend groot (deed mij een beetje denken aan Versailles, maar met iets minder klatergoud).