Hoe de Sumi-e tocht begon…

Sumi-e… Wasda? Japans meditatief inktschilderen. Hoe kom je dààrbij?

Toeval bestaat niet…

Ik was al van kindsbeen af gefascineerd door Azië. Toen ik in 2003 het tekenen en schilderen terug oppikte dankzij Etienne Geeurickx was dat niet anders. Er had al altijd iets geschort met de manier waarop, ze lag mij niet. Tekenen en schilderen zijn een stuk van mijn “zijn”, een integraal deel van mijn “ikigai”, zoveel werd toen al duidelijk.

Na net iets te veel hindernissen op te korte tijd had ik penseel en potlood in een verre uithoek weggeborgen. Gelukkig leerde ik Etienne kennen. Ik mocht zijn atelier bezoeken. En ergens op een tafel lag een experiment van hem. Ik zie de situatie nog levendig voor me want ik kon niet anders dan reageren. De reactie miste haar doel niet.

“Maar zeg, als gij dàt ziet, dan schildert gij toch ook?”. De laatste keer dat ik nog verf had gebruikt was zo’n 5 jaar eerder… Wat volgde was een reeks ontmoetingen en ik die terug aan het schilderen sloeg. Maar heel anders dan daarvoor. Totaal los van academie of opleiding. Waardoor ik ook mezelf terugvond, ergens tussen de potloden en de verf. En dan begon er toch terug iets te vreten. Een drang naar techniek. Zo kwam ik dus bij de Moulin de Perrot terecht. Zo kwam ik in aanraking met die andere geweldige artiest, Alain Bonnefoit, en dus ook “toevallig” met sumi-e.

Waarom Sumi-e?

Waarom zou een Westers mens zich nu in hemelsnaam willen bezighouden met ene techniek die zo Oosters is als deze?

Het is een vraag die ik vaak krijg, zowel hier als tijdens mijn recente tocht door Japan, op zoek naar de roots van sumi-e. Dat ligt voor een groot stuk aan de mensen die mij dichter bij de techniek brachten. Alain en Marjon gaan allebei voorbij aan de puur technische vaardigheden. Ze leren je door je onderwerp te kijken in plaats van ernaar. In sumi-e is het schilderen zelf zo mogelijk nog belangrijker dan het resultaat ervan. Dan zie je de overeenkomsten met de Oosterse krijgskunsten én met het dagelijkse leven.

En ja, de techniek beoefenen is niet altijd een evidentie. Degelijk materiaal is moeilijk te vinden, maar essentieel. Ook al lijkt een aquarelpenseel heel erg op een Japanse fude (penseel), je kan er niet hetzelfde mee. En ook qua papier en inkt zijn de keuzes totaal anders. Wat het nog moeilijker maakt is dat er wel vaker over sumi-e wordt gesproken, maar dat het onderwerp eerder suibokuga blijkt te zijn. Bij het opstarten van deze blog had ik daarover nog een gedachtenuitwisseling met Marjon. Zij strijdt al jaren om zuivere sumi-e beter bekend te maken bij een breder publiek, wat ook heel erg nodig is. Maar wat ik vooral wens is dat de materialen beschikbaar blijven en daarom zal ik mij niet beperken tot de zuivere vorm, zoals die door Marjon wordt beoefend en aangeleerd. Ik wil jullie ook andere dingen laten zien, interpretaties die ook enkel mogelijk zijn door diezelfde materialen.

Sumi-e of Suibokuga

Beide termen betekenen in hun oorspronkelijke taal “inkttekening”. Sumi-e in het Japans en Suibokuga in het Chinees. De techniek van het tekenen met zwarte inkt ontstond in de 9de eeuw in China bij de kalligrafen die ook begonnen te schilderen. In de 14de eeuw settelen een aantal Zen-monniken zich in Japan. Ze namen de techniek mee op hun tocht en maakten er eigen versies van.

Op een bepaald moment was het in Japan enkel toegestaan voor monniken om sumi-e te beoefenen. De monniken mochten geen plezier ervaren bij het beoefenen. Sumi-e gaat dus voorbij aan het “tekenen” of “schilderen” op zich en vereist naast techniek en oefening ook de juiste mindset.

Suibokuga is het soort afbeeldingen die we het vaakst te zien krijgen, jammer genoeg ook vaak onterecht onder de naam sumi-e. Waarom? Omdat zelfs in Japan er heel veel mensen zijn die de techniek niet langer kennen. Wellicht ook omdat de letterlijke vertaling “inkttekening” ook van toepassing is op de verfijnde vorm ervan.

Maar hoe zie je als leek dan het verschil? Gevoelige mensen, mensen die met spiritualiteit bezig zijn zullen het verschil eerder voelen dan dat ze het zien. In Suibokuga zal er zelden gebruik worden gemaakt van grijstinten, eerder zwart/wit. In sumi-e laat je al het overbodige weg, in Suibokuga staan er vaak wat lijntjes te veel ;-)

Maar het is vooral bij het beoefenen dat je een verschil ervaart. Het is door het te doen dat je het verschil leert zien.

Met deze blog wil ik jou dan ook vooral intrigeren, je aanmoedigen om de techniek te ontdekken. De Westerse wereld tonen dat er wat anders is dan olie- of acrylverf en Japanners in laten zien wat voor briljant erfgoed ze nog niet aan het koesteren zijn. Lees je ook volgende keer mee?

Share
Share